Staatssecretaris wil meer weten over kwaliteit gastouderopvang

DATUM: 26 juli 2018

De kwaliteit van kinderopvang is al sinds jaar en dag een veelbesproken onderwerp. Net als andere vormen van opvang moet gastouderopvang daarom voldoen aan strikte kwaliteitseisen. In hoeverre dat het gewenste resultaat oplevert, wil staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Tamara van Ark de komende jaren nauwkeurig monitoren.

Staatssecretaris wacht aanvullend kwaliteitsonderzoek af

Net als haar voorganger Lodewijk Asscher streeft Van Ark naar kinderopvang van de hoogst mogelijke kwaliteit. Daar waar haar voorganger in dit kader pleitte voor een aanscherping van de regelgeving omtrent gastouderopvang, houdt de huidig staatssecretaris vooralsnog een slag om de arm. In een Kamerbrief laat zij weten dat ze eerst de uitkomsten van kwaliteitsonderzoek in de komende jaren wil afwachten.

Met dat kwaliteitsonderzoek doelt Van Ark onder meer op de Landelijke Kwaliteitsmonitor Kinderopvang (LKK), waarin gastouderopvang afgelopen jaar voor het eerst is meegenomen. Uit de eerste resultaten blijken gastouders in kwalitatief opzicht vergelijkbare opvang te bieden als bij andere opvangvormen, maar wel is sprake van een aantal duidelijke voordelen en nadelen.

Variatie in kwaliteit bij gastouders groter

Groot voordeel en onderscheidend kenmerk van gastouderopvang is de kleinschaligheid van de geboden opvang. In deze geborgen omgeving ligt het gevoel van welbevinden hoog en komt de ontwikkeling van het jonge kind optimaal tot zijn recht. Wel tekent de staatssecretaris aan dat er bij gastouders in kwalitatief opzicht vaker sprake is van uitschieters naar beneden.

In dat kader is het belangrijk om voor de juiste gastouder te kiezen en in zee te gaan met een betrouwbaar gastouderbureau dat voldoet aan alle kwaliteitseisen. Gelukkig is het ook zo dat er bij gastouders relatief vaker sprake is van uitschieters naar boven – de variatie in kwaliteit is dus simpelweg groter dan bij andere opvangvormen.

Eventuele aanscherping regelgeving nog onduidelijk

Van Ark vindt de onderzoeksresultaten nog te prematuur om een definitief oordeel te vellen over eventuele aanscherping van regelgeving binnen de gastouderopvang. De staatssecretaris wil in de komende jaren haar beeld van de sector verbeteren door nieuw onderzoek af te wachten, zoals de jaarlijkse Landelijke Rapportage waarin de inspectie van het Onderwijs veel aandacht zal besteden aan de kwaliteit van gastouderopvanglocaties.

Belangrijk onderdeel van de kwaliteitsbeoordeling is in de ogen van Van Ark de wijze waarop inspecteurs gastouders beoordelen. Ze stimuleert verregaandere informatieuitwisseling tussen GGD’en en gemeenten en stelt hierbij ook de landelijke ondergrens van een controlepercentage van 5% van de gastouders aan de kaak. Tot slot laat de secretaris weten dat ze tevreden is over de kwaliteitsstappen die binnen de gastouderopvang in de afgelopen jaren reeds zijn gezet.